Het volledige woonhuis werd gemetseld met recup stenen in wildverband in combinatie met een rieten dak en Franse leitjes op de uitgebouwde ramen. Boven de ramen sierlijke vlechten.
De trappen aan het terras en naar de kelder werden ook gemetseld, dat geeft eenheid en dus een rustig beeld.
Binnen, in de salons, werd er voor massief Frans eiken visgraat gekozen en Franse stenen sierschouwen die op gas branden. De hal en de wc beneden werden betegeld met antieke Franse Bourgondische dallen die zorgvuldig werden geselecteerd om op banen te kunnen leggen, in de keuken liggen oude Franse zalm genuanceerde plavuizen in 20x20cm. Ze werden in halfsteens verband gelegd zoals vroeger.
Alle sanitair werd ook door ‘t Achterhuis geleverd en is van het Engelse, kwalitatieve Lefroy Brooks.
Ook de meubelen en woonaccessoires komen grotendeels van ‘t Achterhuis en werden gemixt met familiestukken, zo kreeg het interieur toch een persoonlijk karakter.